Het leven(s)werk van Pim Mulier
De bewegingsdrift van de jonge Haarlemmer Pim Mulier (1865 – 1954) kende geen grenzen. Tussen 1885 en 1890 nam hij deel aan wedstrijden in oude en nieuwe sporten als hardlopen, voetbal, schaatsen, tennis, bandy, wielrennen en cricket. Hij blonk nergens in uit maar drukte wel zijn stempel op de vroegste ontwikkeling van sport in Nederland doordat hij zijn hyperactiviteit op de velden combineerde met ijver aan de bestuurstafel. Mulier was voorzitter van de voetbalbond, de cricketbond, van de International Skating Union en van meerdere clubs, waaronder zijn eigen Haarlemsche Football Club. Daarnaast schreef hij honderden wedstrijdverslagen, bestuurlijke berichten en opiniestukken waarin zijn visie op sport werd verkondigd.
Voor Mulier was sport meer dan een prettig tijdverdrijf; het was niets minder dan een redmiddel voor de natie. Net als veel van zijn tijdgenoten was hij bevreesd voor de positie van Nederland op het internationale toneel. Popularisering van sport zou het volk – met name de jeugd – krachtig en weerbaar maken en de natie helpen om mee te blijven tellen. Zijn leven – dat grotendeels om sport draaide – kreeg voor Mulier betekenis door zijn inzet voor modernisering van de lichaamscultuur: hij spande zich immers in voor een zaak van nationaal belang!
Behalve deze drang naar vernieuwing kende Mulier ook een sterke hang naar tradities. Hij zal de Elfstedentocht – die op zijn initiatief voor het eerst gehouden werd in 1909 – hebben gezien als zijn meesterwerk. Hij transformeerde een oude sportieve traditie tot een modern sportevenement, dat zich in de twintigste eeuw ontwikkelde tot een icoon van de Nederlandse sportcultuur. Mulier was slechts één van de architecten van de vroege Nederlandse sport, maar wel iemand met het schetspotlood in de hand en het hoogste woord voerend.
Deze tekst is een bijdrage van Daniël Rewijk, biograaf van Pim Mulier d.d. 7 november 2015